[21 februari 2018]
Jungle trip: Apoera en Kaburi kreek
Van Avanavero zijn we vrij snel in Apoera. Alhoewel de plannen om Apoera het centrum van de bauxietwinning te laten worden op niets uitgelopen zijn, zie je iets van die plannen nog terug. De straten zijn keurig betegeld en de huizen zijn over het algemeen mooier en netter dan in de rest van het land. We zijn al bijtijds in de stad en slapen in het plaatselijke guesthouse dat beneden met een lege bar, koelkast, onbewoonde keuken en armzalige toiletten een verlopen indruk maakt, maar waar boven alles piekfijn in orde is. We hebben een mooie, schone eigen kamer met wastafel en zelfs handdoeken en de toiletten en douches op de gang zien er keurig uit. Zo wordt onze jungletocht nooit een ruige tocht!
Om vijf uur worden we opgetrommeld voor een boottochtje, opnieuw op zoek naar kaaimannen en andere dieren. Al heel snel zien we een van de meest bijzondere vogels die je je voor kan stellen: de hoatzin. Het is een vogel ter grootte van een kip met bruinige veren op zijn lijf, een blauwe kop en een soort punkkuif. Ook hier zijn alle afspraken goed doorgegeven. Ze zitten uitermate goed zichtbaar aan de kant van het water en wachten beleefd tot we ze goed gezien hebben voor ze dieper het riet induiken.
We varen lange tijd en zien veel en leggen dan aan bij een indianendorpje waar we voor de verdere tocht moeten wachten tot het vloed wordt. Ook dit is een vrijwel verlaten dorpje waar de bewoners af en toe wat tijd doorbrengen om hun kostgrondjes te verzorgen of om vanuit hier te jagen en te vissen. Aan aanlegsteigers doen ze in het dorp niet en vanuit de boot moeten we een lange weg afleggen over een glibberige boomstam, een lange schuine plank, weer een boomstam en nog een stuk plank. Als ik tegen Dion zeg: ‘En dit moeten we straks in het donker terug doen’, antwoordt hij dat dat niet hoeft omdat het dan hoog water is. Zo lang blijven we echter niet hangen in het dorp en inderdaad moeten we nu de glibberige weg in het donker doen, maar met wat stevige handen, komen we weer veilig aan boord. Vanavond vangt Dion wel een kaaiman met het touwtje om zijn snuit. Zodra Tim hem vast heeft mag het touwtje er weer af. Ik mag hem ook vasthouden, maar aangezien hij ruim een meter lang is en me behoorlijk sterk lijkt, sla ik dat maar af. Stel je voor dat ik hem in de boot laat ontsnappen. Na de fotosessie mag kaaiman weer snel terug het water in. Na een tijdje varen, doemt een grote boomstam op die net gekapt is en de verdere doorvaart volledig blokkeert. We keren om en na een lange terugtocht zijn we om half twee weer bij de haven van Apoera en om 2 uur ‘s nachts thuis. In de haven van Apoera word je een beetje triest van alle hardhouten stammen die uit het oerwoud komen en hier liggen te wachten op transport naar China. Vroeger werd het hardhout naar Nederland geëxporteerd, maar sinds de invoer van dergelijk hardhout in Nederland verboden is, gaat het hout naar de Chinezen. Onderweg komen we ook geregeld zwaar beladen vrachtwagens tegen die het hout in Apoera afleveren.
Red-and-green Macaws (Groenvleugelara)
Wing-barred Seedeater (Bont Dikbekje) in Apoera
Hoatzin aan de Corantijn rivier
Schemering in de Kaburi kreek
Slapende Boat-billed Heron (Schuitbekreiger) in de Kaburi kreek
Slapende American Pygmy Kingfisher (Groene Dwergijsvogel) in de Kaburi kreek
Tim houdt de kaaiman vast en Dion kijkt toe
Slapende luiaard in de Kaburi kreek