Door Zuid-Amerika > Galapagos > dag 5, Seymour Norte
Fregatvogels op Seymour Norte
None

[2-5-1999]

We moeten vanochtend al om 8 uur op het vliegveld van Baltra zijn. Daarom in alle vroegte naar de fregatvogel kolonie op Seymour Norte. We zien de mannetjes met hun enorme opgeblazen rode keelzakken. Zoiets denk je alleen op TV in natuurfilms te zien, maar heus we hebben ze echt gezien. Niet één van ver weg, maar zeker 10 of 15 en sommige heel dichtbij.

Fregatvogel vrouwtje
foto-serie Seymour Norte [1/5]
Twee bluefooted boobies
foto-serie Seymour Norte [2/5]
Twee bluefooted boobies
foto-serie Seymour Norte [3/5]
Booby
foto-serie Seymour Norte [4/5]
Fregatvogel
foto-serie Seymour Norte [5/5]
Uit de rondzendbrief
None

[2-5-1999]

We bezoeken in totaal (Baltra niet meegerekend) zes verschillende eilanden. Voor mijn gevoel zien we alles wat er te zien is en meer: reuzenschildpadden, zeeleguanen, landleguanen, enorme roggen, massa’s rood-blauw-gele krabben, zeeleeuwen en vogels, vogels, vogels. Er is zo waanzinnig veel te zien. Wie gelooft zijn eigen ogen als hij midden door een albatroskolonie loopt met albatrossen binnen een meter afstand? Albatros staat niet gestoord door wie dan ook op om zijn ene grote ei wat beter onder zijn buik te schuiven en gaat dan weer rustig zitten. Vanuit de blue-footed boobie kolonie (Jan van Genten met onwaarschijnlijk blauwe poten) wordt alleen naar je geroepen door vogels die midden op het pad zitten te broeden en denken dat je boven op ze gaat stappen. De rest van de paartjes trekt zich niets van de toeristen aan, en blijft bezig om elkaar hun prachtige blauwe voeten te showen.

Een jong van de gemaskerde boobie (andere Jan van Gent soort) wil eigenlijk wel eens proberen te vliegen. Zijn vleugels zijn groter dan hij denkt, en ik moet tot twee keer toe opzij stappen, omdat hij zo dichtbij komt dat zijn flapperende vleugels tegen mijn been aankomen.
Uiteindelijk klimt hij op een mooie uitvliegrots, flappert flink alsof hij al een volleerd vlieger is, maar durft uiteindelijk niet de vaste grond los te laten. Misschien morgen.
Geloven jullie me nog als ik vertel dat we de zeeleeuwen eerst van de steiger moeten jagen, voordat we in en uit de rubberboot kunnen klimmen, en dat we gisteren de tropic bird met zijn lange sierlijke staartdraden en rode snavel heel goed gezien hebben?

Nog ongeloofwaardiger is de fregatvogel. Vanmorgen hebben we daarvan de kolonie bezocht, en de mannetjes gezien met hun enorme opgeblazen rode keelzakken. Zoiets denk je alleen op TV in natuurfilms te zien, maar heus we hebben ze echt gezien. Niet één van ver weg, maar zeker 10 of 15 en sommige heel dichtbij.

Ik ben bang dat ik over de Galapagos wel een hele rondzendbrief kan schrijven en dat dit, als je er niet geweest bent, gaat vervelen. Ik zal daarom afronden met iets over de boot. Onze boot was erg luxe, met een ruime hut en uitstekende maaltijden. Het varen vonden we minder, omdat we daar niet zo goed tegen bestand waren als we hoopten. Gelukkig hebben ze daar pilletjes voor uitgevonden. Nu gaan we terug van de Galapagos naar Quito. Morgen vertrekken we met de Dragomantruck uit Quito. Niet met James (reisleider van Rio naar Quito), maar met Steve. Met Steve hebben we heel India doorgereisd, en het is de beste reisleider die we ooit gehad hebben. Erg leuk om nu dit laatste traject weer met hem te doen.

naar volgende pagina:
volgende: Quito-Huanchaco