[18 en 19 februari 2018]
Van Bakkie naar Paramaribo
Vanaf het Bastion stappen we weer met de fietsen – nou ja, de bootsman tilt met hulp van Rik de fietsen in de boot en zet ze neer, waarna wij voorzichtig zelf instappen – om weer naar de stadskant van de Surinamerivier te gaan. Terug naar onze stek in de stad gaat razendsnel, we hebben stevige wind mee. Na wat reorganisatie van de bagage, terugbrengen van de fietsen en een douche zijn we weer helemaal op orde. Voor ‘s avonds hebben we een heel speciaal programma. Een vriend van ons is met een reisgezelschap ongeveer tegelijkertijd met ons in Suriname en vanavond zijn we allebei in de stad. We gaan dus 9 uur vliegen van huis uit eten met iemand die zo ongeveer om de hoek woont.
Naar Brokopondo
Na een nacht op de mooie kamer verlaten we de stad alweer. We worden opgehaald voor een tochtje naar het Brokopondo meer en aan het eind van de dag afgezet op de camping Palulu vlakbij vliegveld Zanderij. Het dagje Brokopondomeer doen we me Desmond die ons ook opgehaald heeft van het vliegveld . We rijden nu naar het zuiden en zien de restanten van de grote bauxietfabriek die net als veel andere grote projecten hier nu als een hoop schroot triest staat te wezen. Bepakt met een lunch die we bij de warung (eethuisje) bij de voormalige fabriek ophalen gaan we verder.
We stoppen in Klaaskreek, een Marrondorp. Marrons zijn de gevluchte negerslaven die een bestaan opgebouwd hebben in het oerwoud en nog steeds zeer traditioneel leven. Het Brokopondomeer is een gigantisch stuwmeer dat zo’n 70% van de energie van Suriname levert. Toen in de 60-er jaren het meer volliep moesten de bewoners verhuizen, omdat hun dorpjes onder water kwamen. Zowel boven als beneden het stuwmeer zijn toen transmigratiedorpjes ingericht met huisjes, een school en een kerk. Een deel van de bevolking is naar die dorpjes getrokken, maar lang niet iedereen kon er aarden. Klaaskreek is zo’n transmigratiedorpje en we zien de oorspronkelijke kleine houten huisjes die voor de marrons gebouwd zijn. Nu wonen de meesten iets beter, alhoewel het er nog steeds heel simpel uitziet. De huisjes zijn destijds bewust klein gebouwd, want ‘in grote huizen zouden de mensen zich niet thuis voelen’. Als je geld wil besparen, is er altijd wel een smoes te vinden.
Brokopondo centrum had een groots opgezet centrum moeten worden, maar is ook zeer bescheiden. Wel zijn alle scholen voor voortgezet onderwijs van het Brokopondo district daar neergezet. Op de parkeerplaats zien we schoolbussen die het onderstel geleend hebben van een Daftruck en van boven bestaan uit een daarop gelaste bus zonder wielen achter een vrachtwagencabine.
Sint Petrus en Pauluskathedraal in Paramaribo
Lim A Po straat, Paramaribo
Bauxietfabriek
Enorme bomen worden afgevoerd (naar China?)
Zandwinning bij Klaaskreek
Schoolbussen bij Brokopondo centrum