[19-2-2014]
Vandaag staat de beklimming van de Cerro Negro vulkaan op het programma. We zijn daar allebei wat bezorgd over. Het is een steile klim van 500 m hoogteverschil over zwarte lavarotsen zonder enige beschutting. Voor Rik met zijn hoogtevrees klinkt een kale, steile vulkaan niet prettig. Voor mij – ik ben absoluut niet hittebestendig – klinkt een klim bij 33 graden in de felle zon over zwarte lavarotsen ook niet als het plezierigste wat ik kan bedenken. We informeren van tevoren uitvoerig, maar iedereen blijft ons verzekeren dat het wel meevalt.
We vinden een aardig compromis. Behalve gids Miguel gaat ook chauffeur Julio mee naar boven. Moeten we dan een van tweeën afhaken, dan kan er één terug met de chauffeur, terwijl de ander door kan. Maar eerlijk is eerlijk, de klim valt erg mee. Er staat een heerlijk verkoelend windje dat hoger op de berg aangewakkerd is tot een krachtige storm, waardoor het niet overdreven warm is. Bij een bocht halverwege heb je zicht op de hele 17 km lange keten van vulkanen: de allergrootste San Cristóbal, de Telica, de Santa Clara en nog een paar meer. De Cerro Negro is de jongste uit de hele rij, heel actief en pas sinds 1850 actief. Hij heeft vijf kraters, waarvan je er drie beneden ziet. Daar zijn de laatste erupties geweest. Twee kraters zitten binnenin.
De helling is voor Rik steeds goed te overzien en op 10 meter na, ook voor hem niet eng. Binnen een uur staan we boven aan de diepe kraterrand. Het is ongelofelijk indrukwekkend om de diepe krater met al zijn verschillende kleuren te zien. De krater boven is niet meer heel actief, maar blaast nog wel zwavelhoudende gaswolkjes uit, die we vlak voor ons voeten zien. Miguel laat ons de aarde voelen en die is echt behoorlijk heet. Beneden kan je nog de zwarte lavastromen zien en je ziet dat de grove stromen eerder gestopt zijn, terwijl de fijnere lava doorgestroomd is. Op de fijnere lava staat nu weer begroeiing en een aangeplant Eucalyptusbos, dat groeit snel en wortelt diep.
[19-2-2014]
De terugtocht is bijzonder. We gaan via een andere weg terug over een helling die net zo steil is als de maximale hellingshoek van een berg zand en bestaat uit een dikke laag fijne lava. Op je hakken ga je naar beneden en je zakt vanzelf diep in de lavalaag weg. Het loopt erg gemakkelijk en in een mum van tijd ben je beneden. We mogen ook sandboarded afdalen. Ik hoef niet meer te vertellen, dat wij dat aanbod afslaan.
[19-2-2014]
Na onze triomftocht, gaan we weer met het 4WD jeepje over de onverharde weg terug naar León. De enige andere weggebruikers die we tegenkomen zijn ossenwagens en paard en wagen. Een ossenwagen is hier een gangbaar vervoermiddel.