[4-7-1998]
Zaterdag 4 juli rijden we van Hervey Bay naar Brisbane. Vanuit Hervey Bay hebben we ons hostel in Brisbane al geboekt, en voor iets meer geld dan normaal (grote steden zijn altijd duurder) een kamer met eigen badkamer besproken. Het hostel belooft ons op te pikken, waar de Oz-bus ons afzet. Een oudere dame komt ons ophalen en wij veronderstellen dat het de moeder van de eigenaar is die inspringt bij drukte. Niets is minder waar. Ze blijkt 60 te zijn (we schatten haar ouder) en zij en haar man zijn eigenaar van het hostel. Haar moeder van 80 zit op kantoor om de klanten te woord te staan.
We hebben geen kamer, maar een geweldig knus appartement met kamer, slaapkamer, keuken, badkamer, eigen magnetron, wasmachine, droger en televisie. De kamer heeft een zit- en eethoek. Als je zolang reist is zo’n knus huisje voor samen echt genieten, en we eten ook alle dagen ’s avonds gezellig thuis.
Op zondag blijven we in de stad en doen dan o.a. het Sciencentre met drie verdiepingen.
[6-7-1998]
Foto: blue cheeked rosella's in Lamington NP.
Het hostel kan het uitstapje dat we willen maken ook voor ons regelen. We willen naar Lamington Park (en naar Springbrook Park, maar dat kan niet als gecombineerd uitje), en dat kan voor $ 58 per persoon inclusief lunch. Vanwege onze jeugdherbergpas (YHA-pas) hoeven we maar $ 53 te betalen. In de stad vinden we twee andere uitjes. Een is te vaag in de beschrijving en valt af. De andere biedt exact hetzelfde als het uitje van het hostel, maar kost maar $ 40 per persoon. De overeenkomst is bij nadere beschouwing verdacht groot. De beschrijving is exact hetzelfde. De organisatie van het hostel heet ‘Australian Daytrips’, die van de stad ‘Aussie Daytrips’. De dure trip staat in een dure, glossy folder, de goedkopere trip op een geel A-viertje, maar het telefoonnummer om te boeken is exact hetzelfde.
We leggen het geval voor aan Norm, de man van het hostel, die ons gele A-viertje uitermate interessant vindt. Hij belt gelijk en zegt dat hij een ‘jong stel’ heeft dat met het ‘Aussie Daytrip’ uitstapje mee wil. Dat kan. “En de prijs is $ 40?”, vraagt Norm nonchalant. “Ja natuurlijk, zo staat het immers in de folder”. Norm vindt het net zo leuk als wij dat we nu $ 18 p.p. op de oorspronkelijke prijs verdiend hebben.
Voor vertrek vandaag moeten we bij de balie op het busstation betalen, maar onze kaartjes zijn onvindbaar. Ten einde raad zoekt de mevrouw op een andere stapel, en ja hoor daar ligt onze reservering. Verontwaardigd roept de mevrouw tegen haar collega: “Maar het zijn helemaal geen studenten”. Dat is waar, maar dat hebben we ook nooit beweerd. Het uitje is wat gezapig. Het landschap (bergachtig bebost achterland van Brisbane) is prachtig, en de tocht ook, en we zien prachtige nieuwe soorten papegaaien, maar in verhouding tot wat we gewend zijn, is er weinig wandeltijd en meer koffiepauzetijd. Al met al toch een leuk uitje en een uitstekende lunch (inbegrepen in de $ 40).
[7-7-1998]
Foto: winkelcentrum in Brisbane met een kindertreintje.
Vanuit Brisbane rijden we naar Nimbin, dat meer landinwaarts ligt. Een rit van ongeveer 3,5 uur. Verzamelpunt in Brisbane is een grote jeugdherberg in het centrum van de stad, waar de bus ons volgens schema om half 3 op komt halen. Om kwart voor 3 komen ze ons waarschuwen: de bus heeft pech, het wordt een uurtje later. Om kwart over 3 wordt het zeker een uur en misschien wel 1,5 uur later. Om kwart voor 4 komt de bus om half 5 – 5 uur, en om kwart over 4 beloven ze dat het niet eerder wordt dan 7 uur – half 8. We besluiten om dan nog maar even de stad in te gaan. Gelukkig gaan we nog eerst naar de WC voordat we weggaan. Opeens is er nieuws (half 5) dat de bus er binnen een half uur is, en dat blijkt waar te zijn ook. Je zal toch maar net weggegaan zijn en om 7 uur ontdekken dat de bus al 2 uur weg is!
Om tegen half 9 zijn we in Nimbin, en na een telefoontje vanuit het hostel belooft de plaatselijke pizzeria vandaag wat langer open te blijven voor ons.