Quito-Santiago > La Paz-Santiago > La Paz-Potosi
Over de hoogvlakte naar Potosi
None

[11-6-1999]

Foto: onderweg naar Potosi.

Het vertrek uit La Paz is verlaat omdat de truck in El Alto klemgeparkeerd staat. We rijden de hele dag over de hoogvlakte met stukken die woestijnachig zijn met zandstormpjes als gevolg. We komen weinig dorpjes tegen, wel wat eenzame huisjes. Een groot deel van de weg is onverhard en in slechte conditie.
Na Oruro rijden we een stuk de verkeerde kant op, zodat de lange rijdag nog langer wordt. We komen pas om half tien 's avonds in Potosi aan.

Hoogste stad ter wereld?
None

[12-6-1999]

Foto: steegje in Potosi.

Potosi claimt de hoogste stad ter wereld te zijn. Of dat waar is weten we niet, maar hoog is het (en koud!): 4090 m. Potosi dankt zijn bestaan aan de mijnen in de omgeving. In 1544 werd zilver ontdekt en in 1545 stichtten de Spanjaarden de stad om de mijnen te exploiteren. De omstandigheden in de mijn waren zo erbarmelijk dat veel van de geronselde Indianen stierven (aan silicoselongen, koolmonoxide vergiftiging of ongelukken). Om het werk toch gedaan te krijgen voerden de Spanjaarden slaven vanuit Afrika in. Zoveel ellende als de mijn voor de werkers bracht, zoveel welvaart bracht de mijn voor Potosi, en in de 18e eeuw was het de meest welvarende en grootste stad van Zuid Amerika. Later raakte Potosi een beetje in verval door uitputting van de zilvermijnen en de val van de zilverprijzen.
In de 20e eeuw heeft Potosi zich als mijnstad weten te herstellen. Er wordt nu naast zilver, ook tin, zink, lood en koper gewonnen. Dankzij zijn verleden is Potosi een stad met een enorme hoeveelheid koloniale gebouwen, prachtige kerken en hele leuke oude straatjes. Leuk om rond te kijken.

Een andere toeristenattractie is een bezoek aan de mijnen. Een paar mijnen zijn van de regering, maar de meeste zijn coöperaties van de mijnwerkers. De regering heeft de omstandigheden in de mijnen iets verbeterd, maar in de coöperatieve mijnen is de situatie niet veel beter dan in de koloniale tijd. Om van de ellendige werksituatie van de mijnwerkers een toeristisch uitje te maken, vinden wij toch wat dubieus. De gemiddelde mijnwerker gaat na 7-10 jaar werken in de mijn dood aan de silicoselongen. Verder krijg je behalve het silicosestof, giftige gassen als arseen- en acetyleendampen binnen en asbestdeeltjes. De temperatuur kan oplopen tot 45ºC en de gangen zijn erg laag, zodat je kruipend door de modder moet. Misschien wel een hele leerzame ervaring, maar wij zien toch liever af van dit ‘uitstapje’. De stad is niet schokkend, maar wel erg waard om een dag lang rond te kijken.
Opmerkelijk is nog dat je in alle mijnen in een nisje een beeldje van ‘El Tio’ (de duivel) vindt. Aangezien de meeste mijnwerkers geloven in God, hemel en hel, en de beschrijving van de hel dichtbij de plek komt waar zij werken, geloven ze dat de mineralen die ze winnen eigendom zijn van ‘El Tio’. Elke week offeren ze alcohol, sigaretten en cocablaadjes om hem gunstig te stemmen en zijn bescherming af te dwingen.

Casa de la Moneda
None

[12-6-1999]

Foto: binnenplaats Casa de la Moneda.

Casa de la Moneda is het vroegere muntgebouw, thans museum. Het grootste deel van het museum is gewijd aan het proces om munten en penningen te maken. Mallen, ovens, persen, waaronder houten exemplaren die in Spanje zijn gemaakt en die eerst naar Buenos Aires zijn verscheept en daarna met muilezels en karren naar Potosi zijn vervoerd. De aandrijving van de persen geschiedde op een lager gelegen verdieping door vier paarden of twintig slaven.

San Francisco
None

[12-6-1999]

Vanaf het dak van de San Francisco kerk heb je een mooi uitzicht over Potosi en omgeving. De koepels van de kerk zijn voorzien van langwerpige dakpannen die gevormd zijn door de klei op de benen te drukken.

Hoekwinkeltje met balkon
foto-serie Potosi [1/5]
Gezicht over de daken
foto-serie Potosi [2/5]
Poort San Lorenzo kerk
foto-serie Potosi [3/5]
Detail San Lorenzo kerk
foto-serie Potosi [4/5]
Doorkijkje
foto-serie Potosi [5/5]
naar volgende pagina:
volgende: Uyuni en omgeving