Als op een kaart icoontjes voorkomen, kun je meestal daarop klikken om enig houvast te krijgen over die plek op de kaart.
Soms bevat die informatie dan ook een link naar de betreffende webpagina.
[14 t/m 18 september 1998]
In Perth hebben we ruim vier dagen, terwijl er wel voor tien dagen dingen te doen zijn. Eén van de dingen die vooral ik graag wil doen, is een bloementocht maken. Op dit moment bloeien er ontzettend veel prachtige bloemen.
[15-9-1998]
Eén van de dingen die vooral ik graag wil doen in Perth is een bloementocht maken. Op dit moment bloeien er ontzettend veel prachtige bloemen.
Het valt niet mee om zo’n tour te boeken. Veel tours zijn drie of vier dagen. Erg leuk, maar zoveel dagen hebben we niet. De enige eendaagse tocht die we vinden, blijkt vol te zijn. Rod, de manager van ons hostel, belt heel Perth af en komt met een tweedaagse tour. ‘Klein’ nadeel: met de tocht gaat een complete televisieploeg van Channel 9 (televisiestation) mee. Ze gaan niet alleen bloemen filmen, maar ook ons! Ik heb al zo’n hekel aan foto’s. Zo’n grote officiële televisiecamera die de godganse dag gemeen naar je ligt te loeren, is dus echt een reden om meteen te bedanken. Dan worden we maar niet beroemd.
Het enige wat overblijft is een halve dagtocht met de organisatie die ook de hele dag (eendaagse) bloementour doet. Als we met die tocht op weg zijn naar het verzamelpunt blijkt er toch nog plek te zijn op de eendaagse tocht, en kunnen we nog switchen. Het resultaat: een perfecte dag met een ontzettend kundige mevrouw als gids. Ze laat ons op verschillende plekken ongelofelijk veel zien. Op die ene dag zien we (om maar iets te noemen) wel vijf of zes soorten orchideeën die we nooit eerder gezien hebben. En onze gids (Billy) weet en ziet echt alles.
’s Avonds ben ik zowat versleten, zo heb ik mijn best gedaan om alles wat we gezien hebben te onthouden. Goed dat we deze tocht gemaakt hebben, temeer daar de halve dagtocht een uitstapje naar een klooster met één bloemenstop (zonder deskundige) bleek te zijn.
[16-9-1998]
Ons tweede uitstapje in Perth is naar Rottnest Island. Rottnest Island dankt zijn naam aan een Vlaming die op het eiland een soort 'Ratten zo groot als katten' zag, en het eiland dus ‘Rattennest’ = Rottnest noemde.
[16-9-1998]
De ‘ratten’ op het eiland Rottnest zijn geen ratten, maar vriendelijke buideldieren met een zachte pels, grappige kleine oortjes en een ratachtige staart. Ze heten officieel quokka’s. Het VVV op Rottnest Island heeft goede afspraken met de quokka’s. Ze zitten direct rondom het ‘Quokka Informatie’ bord, en zijn (althans sommige) handtam. Wat ze erg lekker vinden, zijn takken bloeiende mimosa, vooral diegene waar zij niet bij kunnen, maar wij wel. Het is onderdeel van hun natuurlijke dieet, dus zonder gewetensbezwaren leuk de quokka’s gevoerd.
We hebben ons nog erg vermaakt met twee Australische zussen op leeftijd. Ook zij vinden het voeren van de quokka’s erg leuk. De uitdrukking in Australië als je iets lekkers eet is ‘Mjammi’. Aangezien de quokka’s niet kunnen praten, roept de meest enthousiaste zus: “Mjammimjamimjammi”, zolang als de quokka van haar mimosatak smikkelt. Erg komisch.
Eén quokka heeft een kleintje in haar buidel, die vanuit veilige plek af en toe zijn kopje uitsteekt. Dieren blijven leuk.</p
[17 en 18-9-1998]
Foto: Nullarbor Plain vanuit de trein.
Perth zelf is een aardige stad met redelijk wat goed onderhouden gebouwen. Ook hier rijden weer (net als in Melbourne en Sydney) gratis bussen rondom het centrum. Op de laatste middag proberen we nog het museum en de botanische tuin te combineren. Erg dom, want nu hebben we voor allebei te weinig tijd, en eigenlijk wisten we dat al van tevoren. Kiezen is dan veel verstandiger, maar soms moeilijk.
’s Avonds gaan we met onze Zwitserse vrienden uit eten. De twee Zwitserse zusjes waren samen met ons mee op de vijfdaagse tour rondom Ayers Rock, toen nog in gezelschap van de vriend van het oudste zusje. In Kakadu zijn we ze opnieuw tegengekomen. In onze Kakadugroep reisden trouwens drie Duitsers mee, die ook mee waren op de Ayers Rock tour. De twee Zwitserse zusjes hebben we daarna weer in Darwin gezien, en daarna een week later in Broome. De vriend van de oudste zus moest al eerder terug. In Broome zijn de zusjes ingestapt op een (andere dan de onze) tour naar Perth. Ook onderweg hebben we elkaar nog een paar keer gezien. Al met al hebben we elkaar nu een maand lang om de paar dagen gezien op een duizenden km’s lang traject. Vandaar dat we nu in Perth gezamenlijk uit eten gaan. Zij gaan via Bali terug naar huis, wij naar Tasmanië, dus nu zullen we elkaar even niet meer zien. Heel grappig dat je in zo’n enorm land zo vaak dezelfde mensen ziet.
Vanuit Perth gaan we terug naar het oosten (je kan trouwens weinig andere kanten uit zonder in zee uit te komen), en wel met de beroemde Indian Pacific trein, die langs de hele zuidkust van Perth naar Sydney (3961 km) rijdt.
[18 t/m 22-9-1998]
Foto: de Indian Pacific bij een stop in Cook.
De Indian Pacific doet niet Melbourne aan, waar wij heen willen, zodat we in Adelaide over moeten stappen. De Indian Pacific vertrekt vrijdagmiddag (half 2) uit Perth, en komt zondagmorgen om 6 uur aan in Adelaide. In totaal een reis van 39 uur (vanwege de reis naar het oosten zetten we de klok 1,5 uur door).
We hebben in de trein een klein coupeetje voor z’n tweeën met comfortabele stoelen. Verder is er een lounge en restaurant aan boord. Ontzettend leuk om in de trein te dineren terwijl het landschap in het late zonlicht aan je voorbij glijdt. Voor ’s nachts kan ons kleine huisje omgetoverd worden in een slaapkamer. Je kan dan nog net met z’n tweeën naast het stapelbed staan, bewegen kan niet meer. Per wagon zijn er twee douches, het ontbreekt ons dus aan niets.
Adelaide mag een levendige stad zijn, maar op zondagmorgen 6 uur is er weinig te doen. We ontbijten eerst op ons gemak, en gaan dan richting stad. Om kwart voor acht ’s morgens is er nog steeds niet veel te doen in de stad. Overigens zien we meer dan genoeg mensen. Om 8 uur start een marathon (of zoiets) en het krioelt van de mensen. We zien nummer 10023 langskomen, Maar of ze echt vanaf 1 doortellen? Verder staat er een waanzinnig lange rij mensen (die er volgens de taxichauffeur al sinds gisteren staat) te wachten om een kaartje voor één of andere voetbalwedstrijd te kopen. ’s Middags om 4 uur is de rij wat korter, maar staat er nog steeds. Ik geloof niet dat er iets bestaat waarvoor ik zo lang in de rij zou gaan staan.
Uiteindelijk gaan we bij McDonalds (het enige wat open is) koffie drinken, totdat we naar het museum kunnen, en de stad tot leven komt. Erg mooi museum met ontzettend veel Australische fossielen. Onze trein vertrekt om kwart over 7 ’s avonds, en de volgende ochtend om kwart voor 9 horen we in Melbourne aan te komen. Jammer genoeg zullen we vannacht ons bed moeten missen, maar in de stoel slapen we ook wel.
De eerste dag in Melbourne doen we weinig dat het vermelden waard is. Na douche in het hostel en ontbijt is het half twaalf. Na het regelen van andere huishoudelijke zaken is het half vier. Feest van deze dag is natuurlijk de poste restante waar we onze stapel brieven krijgen. Daarna in de wasserette genoeglijk brieven lezend op de was zitten wachten. De tweede dag in Melbourne gaan we naar Science Works, een leuk soort wetenschapsmuseum.
Nederland mag voetbalgek zijn, Australiërs zijn het ook. Ik heb al eerder geschreven over de rij voetbalenthousiastelingen in Adelaide. In Melbourne zien we ook al zo’n krankzinnige rij, compleet met veldbedden, klapstoelen en slaapzakken. Onze taxichauffeur, van station naar hostel, vertelt dat de mensen in de rij staan om een kaartje voor de ‘Grand Final’ te bemachtigen, die de volgende zaterdag (26 september) gespeeld wordt. Hij vertelt ons dat sommige mensen wel een week (!) in de rij staan. Er zijn 100.000 plaatsen, en die zijn nadat de verkoop start binnen twee uur volledig uitverkocht. Zelfs 300.000 kaartjes (als het stadion driemaal zo groot was) zouden ze direct kwijtraken. De verkoop start later op dezelfde maandag van onze aankomst. Wij vertellen de chauffeur van de kleiner geworden rij op zondag in Adelaide. Dat zijn de mensen die de moed opgegeven hebben.
Grappig is dat nu we na een poosje in Adelaide en Melbourne terugkomen het echt voorjaar is geworden, met mooie zachtgroene voorjaarsbomen. Leuk om dat verschil te zien.