[18-4-1999]
Foto: Doble Yo.
Vandaag gaan we op stap met een jeep. We maken een prachtige rit door heuvels en bergen met diepe dalen, erg groen. We stoppen bij het smalste punt van de Rio Magdalena en lopen over een glibberig dalend keienpad naar de kolkende rivier. Vervolgens naar een klein (grotendeels openlucht) museumpje in Obando. We beklimmen grafheuvels bij Alto de los Idoles en gaan daarna via San José de Ismos naar de Alto de los Piedras waar o.a. de bekende ‘Doble Yo’ met twee gezichten staat.
De waterval Salto de Bordones is ca. 400 meter hoog, liggen mooi, maar de Salto de Mortiño van 170 meter hoog is spectaculairder. Het beste zicht heb je vanaf een plankier dat boven de afgrond zweeft. Veiligheidshalve gaan we er maar niet op met meer dan twee mensen tegelijk.
[18-4-1999]
Foto: de ravage na het ongeluk.
De laatste waterval hadden we haast niet gehaald vanwege het vreselijke ongeluk. Luister en huiver.
De weg is niet breed, en op de weg staat een vrachtauto die bezig is takken in te laden. Onze jeep kan er niet langs. Maar als de vrachtwagen een ‘poquito’ (piezeltje) opzij gaat, kunnen we er langs. Het kost even moeite, maar dan schuift onze jeep langzaam langs de vrachtauto. Als we er al praktisch langs zijn, laat de chauffeur de vrachtwagen een stukje achteruit zakken.
Dat had hij beter niet kunnen doen. Eén van de uitstekende takken maakt nu een kras in de verf van de jeep. Een vreselijk ongeluk met lange discussies tot gevolg. De chauffeurs zijn het duidelijk oneens. Nieuwe mensen komen aanlopen, en ook zij moeten de schade opnemen en een mening geven. Maar hoeveel mensen zich er ook mee bemoeien, het probleem wordt niet opgelost. Na zo’n 40 minuten geeft onze chauffeur op en gaat met ons, maar zonder de gewenste schadevergoeding, verder.
Niet lang daarna gebeurt het tweede incident. Koeien, paarden, honden, kippen en varkens zijn in Columbia normale weggebruikers, die opmerkelijk vaak niet onder een auto komen en net op tijd de benen nemen. Zo niet deze kip. De witte kip zit midden op de weg over het leven na te denken en merkt niets van de wereld om haar heen. Onze jeep nadert zonder af te remmen, en pas op het allerlaatste moment schrikt de kip uit haar overpeinzingen op en zet het veel te laat op een lopen. Wij vrezen het ergste, maar tot onze opluchting haalt witte kip luid kakelend de kant. Niet meer helemaal intact. Zijn staart heeft het niet overleefd, die dwarrelt in een wolk van witte veertjes over de weg.